Leerlijn W&T. Groep 1-2. Pakket 1 De Wind
Pakket 1; De wind. In dit pakket maken de kleuters kennis met het voorleesverhaal van Eiki en Oeki, onderzoeken ze hoe ze buiten de wind kunnen voelen, maken ze een windmolentje, gaan ze aan de slag met denksleutels en mindopdrachten en leren ze tenslotte het lied van de wind.
Les 1-2.1 De superkar van Eiki en Oeki Naar aanleiding van het voorgelezen verhaal wordt met de leerlingen het verhaal en het thema energie besproken. e windrichting kunnen bepalen, wat in de wind mee waait en wat niet, waarna een verband wordt gelegd tussen wind en energie.
Les 1-2.5 Windmolentje De leerlingen spreken een verwachting uit over welke windmolentjes het beste zullen draaien in de wind en testen in de praktijk of hun verwachting uitkomt. Hierna maken ze zelf een molentje.
Les 1-2.6 Mindopdrachten De leerlingen bedenken creatieve oplossingen voor problemen die aangeboden worden in de vorm van denksleutels en mindopdrachten (bouwen, knutselen, schilderen).
Les 1-2.8 Lied van de wind Het lied ‘Wind, wind, wat ben je sterk’ wordt aangeleerd via de weggeefmethode. Leerlingen begeleiden het lied met instrumenten en maken bewegingen bij het lied.
Doel:
Les 1-2.1 De superkar van Eiki en Oeki. Doel De leerlingen leren dat er diverse bronnen voor energievoorziening bestaan en dat die bronnen elkaar aan kunnen vullen.
Les 1-2.3 De wind. Doel Door te experimenteren en opdrachten uit te voeren leren de leerlingen dat de wind uit verschillende richtingen kan komen, dat je de wind kunt voelen, dat de wind krachtig kan zijn en iets kan laten bewegen, dat de wind daardoor voor energie kan zorgen.
Les 1-2.5 Windmolentje. Doel De leerlingen maken een windmolentje en houden daarbij rekening met wat een goed resultaat zal opleveren.
Les 1-2.6 Mindopdrachten. Doel De leerlingen laten zien dat ze opgedane kennis over energie en met name de windkracht kunnen toepassen bij diverse opdrachten.
Les 1-2.8 Lied van de wind. Doel De leerlingen kunnen aan het eind van de les het lied ’Wind, wind, wat ben je sterk’ zingen en begeleiden met instrumenten. Ze zijn in staat bewegingen op de muziek te maken. Ze ervaren plezier in het improviseren van bewegingen en het gezamenlijk zingen.
Tijdsinvestering:
De Superkar van Eiki en Oeki, voorlezen, 30 min.
De Wind, experiment, 45 min.
Windmolentje, knutselen, 30 min.
Mindopdrachten, creatief/contructie, variabel
Lied, muziek, 25 min.
Verdere benodigdheden:
Windmolentje: schaar, papier, lijm, prikpen, vouwkarton (1 per leerling)
Mindopdrachten: contructiemateriaal, zandtafel en knutselmateriaal.
Lied: muziekinstrumenten.
Kosten:
gratis met abo, 10,00 euro zonder abo.